Studie Kinderarmoede in België

Anne-Catherine Guiot (LISER) en Wim Van Lancker (KU Leuven) deden op vraag van de Koning Boudewijnstichting onderzoek naar kinderarmoede in België. 

Zij gaan uit van de EU-SILC enquêtes van 2022. Om te weten of een kind in materiële deprivatie verkeerd, werd daarin gewerkt met 17 indicatoren met elementen die noodzakelijk worden geacht voor een gezonde en evenwichtige ontwikkeling van een kind. Wanneer een kind drie of meer items (niet uit vrije keuze) ontbreekt in zijn huishouden, wordt het als 'materieel gedepriveerd' beschouwd.

In België blijkt 12,8% van de kinderen gedepriveerd, maar het verschil is groot per regio: 8,5% in Vlaanderen, 17,3% in Wallonië, 21% in Brussel. Dat aantal ligt een stuk hoger dan bv. in Nederland en Duitsland.

Infografieken belangrijkste statistieken uit het onderzoek

Risicofactoren zijn eenoudergezinnen, laag opgeleide ouders, ouders van buitenlandse afkomst. Huishoudelijke kosten zoals de huur- en energiekosten, schuldaflossing, kinderopvang, gezondheidszorg en schoolfacturen hebben een grote invloed op de deprivatie van de kinderen.

Bovendien heeft de materiële deprivatie van kinderen ook gevolgen op de lange termijn: de onderzoekers zagen een verband met de gezondheidstoestand op latere leeftijd. Deze kinderen hebben drie keer meer kans op gezondheidsproblemen.

Het onderzoek bevat tal van beleidsaanbevelingen aan de overheden.

Bron: https://www.opgroeien.be/kennis/themas/kinderarmoede/armoede-en-sociale-deprivatie-bij-belgische-kinderen en https://www.opgroeien.be/sites/default/files/tool-documents/hefbomen-om-de-structurele-oorzaken-van-kinderarmoede-aan-te-pakken.pdf

Lees het onderzoek

 

Caritas